Na een zware werkdag kwam ik thuis.
Ik was ontzettend moe – ik wilde alleen maar mijn schoenen uittrekken, op de bank neerploffen en misschien even wegdromen.

Zoals gewoonlijk liep ik naar de deur en greep automatisch naar mijn sleutels…
en toen viel me iets vreemds op.
Er zat een klein muntje in het slot.
Heel klein, bijna onzichtbaar, maar het was volstrekt duidelijk dat het daar niet hoorde te zitten.
Ik woon alleen, en ik had het daar zeker niet achtergelaten.
Eerst dacht ik dat het toeval was of een domme grap,
maar toen drong de realisatie tot me door –
wat als het geen toeval was?
Snel trok ik mijn hand weg van de deurklink,
en deed wat mijn instinct me ingaf –
ik belde de politie.
Terwijl ik wachtte, begon ik koortsachtig op internet te zoeken.
En ik vond iets angstaanjagends…
Als jij zoiets ziet, wees dan heel voorzichtig.
Het bleek een oude truc te zijn,
die dieven en oplichters gebruiken.
Ze plaatsen een muntje (of een dun stukje plastic) tussen de deur en het kozijn –
meestal in de buurt van het slot.
Het idee is simpel:
als je thuis bent en in- en uitgaat, valt het muntje eraf.
Maar als het dagenlang op dezelfde plek blijft liggen,
betekent dat dat er niemand thuis is –
de woning wordt een makkelijk doelwit.
Het is een stille en bijna onmerkbare manier om erachter te komen
of iemand op vakantie of zakenreis is.
Zo selecteren inbrekers hun “slachtoffers”.
Wat je kunt doen om jezelf te beschermen:
Controleer altijd het slot en de kieren rondom de deur –
ook als je in een veilige buurt woont.
Als je langere tijd weggaat,
vraag dan je buren om een oogje op je huis te houden.
Installeer een camera of zelfs een nepalarm.
Let op elk klein detail bij de ingang:
stukjes papier, muntjes, vreemde sporen.
Ik kwam thuis en zag een klein muntje in het slot:
het vervulde me met angst toen ik besefte waar het vandaan kwam,
en ik belde onmiddellijk de politie.
Ik weet nog steeds niet of ze echt bij mij wilden inbreken…
maar sindsdien ben ik veel voorzichtiger.
En dat raad ik jou ook aan.
Controleer je slot. Vandaag nog.